Onderbouwing keuze vluchtelingengemeenschappen

Onderbouwing van de keuze van de vluchtelingengemeenschappen

binnen Ongekend Bijzonder

 

Vooraf

In het project Ongekend bijzonder, de bijdragen van vluchtelingen aan de stad worden in het totaal 200 individuele levensverhalen verzameld en 16 groepstrajecten georganiseerd. In deze groepstrajecten worden mensen uit bepaalde gemeenschappen uitgenodigd om met elkaar en met een kunstenaar een korte presentatie maken op basis van gemeenschappelijke elementen in hun verhalen. Op basis van de verzamelde individuele en collectieve verhalen en beelden worden in het derde jaar van het project (2015/2016) slotpresentaties gemaakt die zich op een breed publiek richten.

 

Ongekend Bijzonder richt zich op de vluchtelingen en hun nazaten, die zich vanaf 1951, toen het verdrag van Genève ter bescherming van vluchtelingen in werking trad, in Nederland hebben gevestigd. Daarbij ligt de focus meer op de verschillende vluchtelingengemeenschappen die zich in de loop van de tijd ontwikkeld hebben, dan op individuen die in de strikt juridische zin als vluchteling kunnen worden aangemerkt.[1]

Door de financiers, met name het Europees Vluchtelingen Fonds, is bepaald dat alleen genaturaliseerde vluchtelingen en vluchtelingen met een a of b status aan het project mee kunnen doen.

In de periode oktober 2013 tot en met januari 2014 hebben de lokale stuurgroepen en het projectteam van Ongekend bijzonder zich gebogen over de vraag op welke vier vluchtelingengemeenschappen in de steden Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht het project zich moet richten. 

 

Algemene criteria

De stuurgroepen hebben de volgende criteria benoemd als relevant bij de keuze van de vluchtelingengemeenschappen:

 

1. Omvang van de verschillende gemeenschappen

De omvang van de diverse gemeenschappen loopt nogal uiteen. Er zijn kleine groepen van enkele honderden “leden” en groepen met waartoe enkele tienduizenden mensen gerekend kunnen worden. Voor het project is het belangrijk om in de steden de wat grotere gemeenschappen te kiezen, omdat het project een zeker volume wil bereiken en uitspraken wil doen die betrekking hebben op een substantieel deel van de (ex)vluchtelingenpopulatie in de vier steden. Dit mag echter niet betekenen dat kleine, bijzondere groepen uit beeld verdwijnen. Per stad dient er tenminste één kleinere gemeenschap in beeld te worden gebracht. Een kanttekening bij het criterium omvang is dat er weinig betrouwbare statistische gegevens zijn over de omvang van de verschillende groepen. Daarom wordt ook de geschatte omvang van sommige groepen in het keuzeproces meegenomen.

 

2. Uit verschillende werelddelen

Hoewel het project het accent ligt op het leven in Nederland, zijn het land en de cultuur van herkomst van de vluchtelingen die geïnterviewd gaan worden  natuurlijk van grote betekenis. Bij de keuze van de verschillende groepen dient er op gelet te worden dat de verschillende werelddelen waaruit mensen afkomstig zijn voldoende aan bod komen.

 

3. Vergelijking tussen de steden

Het is een veronderstelling dat naast de cultuur van het land van herkomst ook de cultuur van de woonplaats in Nederland van invloed is op hun identiteit en het soort bijdrage dat vluchtelingen leveren. Om hier uitspraken over te kunnen doen is het belangrijk dat een aantal groepen in meerdere steden onderzocht kan worden.

 

4. Lengte verblijf

Vanuit een historisch perspectief is het interessant na te gaan hoe de bijdragen van vluchtelingen aan de steden zich in de loop van tijd ontwikkeld hebben.

Bepaalde vluchtelingengemeenschappen hebben een lange geschiedenis in Nederland. (denk aan veertig jaar Chilenen in Nederland). Soms zijn er binnen een gemeenschap meerdere generaties vluchtelingen.(Bijvoorbeeld bij Afghanen). Bij de keuze van de gemeenschappen is het belangrijk zowel lang gevestigde gemeenschappen, gemeenschappen met meerdere generaties vluchtelingen, als relatief kort gevestigde gemeenschappen aan bod te laten komen.

 

5. Reden van vestiging in de stad

Veel vluchtelingen komen toevallig in een bepaald land of een bepaalde stad terecht, maar dat geldt niet voor iedereen. Voor sommige vluchtelingen is de aantrekkingskracht van een bepaalde stad reden geweest om zich in die stad te vestigen. Deze keuze kan al voor of kort na de vlucht gemaakt zijn, of in tweede instantie na een aantal jaren verblijf elders in Nederland. De vier steden oefenen elk hun eigen aantrekkingskracht uit. Het is interessant een of meerdere groepen te kiezen waarvan bekend is of het vermoeden bestaat dat zij min of meer bewust voor een bepaalde stad hebben gekozen.

 

6. Migranten of vluchtelingen

In de steden zijn bepaalde migrantengemeenschappen beeldbepalend. De vraag is wanneer iemand als een vluchteling beschouwd wordt. Tellen economische motieven daarbij ook mee? Het antwoord op deze vraag is niet eenvoudig, omdat mensen soms meerdere motieven kunnen hebben om hun land te verlaten. Sommige gemeenschappen bestaan deels uit arbeidsmigranten en deels uitvluchtelingen. (Bijvoorbeeld ex-Joegoslaven). Het is interessant te kijken of de dynamiek in dergelijke groepen anders is dan die bij de “pure” vluchtelingen-gemeenschappen.

 

7. Actualiteit

Met het oog op de slotpresentaties en de doelstelling een breed publiek te bereiken kan aansluiting bij de actualiteit belangrijk zijn. Het gaat daarbij zowel om actualiteiten op wereldschaal, als in de steden zelf. (Denk bijvoorbeeld aan de “Vluchtkerk” in Amsterdam). Asielzoekers en illegalen behoren niet tot de doelgroepen van het project. Wel kan gekozen worden voor een of meerdere groepen die al langer in Nederland verblijven en tevens in het nieuws zijn. (Bijvoorbeeld Eritreeërs, (bootvluchtelingen en aanwezig in de Vluchtkerk) , Afghanen (Taliban en terugtrekken troepen) en Irakezen (oplaaiende strijd in Irak)

 

8. Bijdragen aan de stad

In het project wordt, op basis van de verzamelde verhalen, gezocht naar termen om de bijdragen van vluchtelingen aan de ontwikkeling van de grote steden te beschrijven. Dat kan zowel in positieve als in negatieve zin. Bij de keuze van de gemeenschappen is het belangrijk om ook oog te hebben voor groepen die een wat negatiever imago hebben en/of groepen waarvan bekend is dat zij weinig mogelijkheden hebben om een baan te vinden.

 

Keuze voor tien gemeenschappen

Op grond van bovenstaande criteria zijn de volgende gemeenschappen gekozen voor het verzamelen van individuele en collectieve verhalen en beelden:

Utrecht

Iraniërs

Afghanen

Vietnamezen

Ethiopiërs

Rotterdam

Iraniërs

Ex Joegoslaven [2]

Chilenen

Irakezen

Den Haag

Iraniërs

Afghanen

Somaliërs

Congolezen

Amsterdam

Iraniërs

Irakezen

Eritreeërs

Ex Joegoslaven

 

Onderbouwing per gemeenschap

 1. Iraniërs in Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht

– De Iraanse gemeenschap behoort in alle vier de steden tot de grootste
– Iraniërs kennen een lange vluchtgeschiedenis , met ook relatief jonge vluchtelingen
– Zij staan bekend als goed geïntegreerd, met een uiteenlopend palet aan beroepen
– Deze groep biedt de mogelijkheid om één groep in vier steden te kunnen vergelijken.

 

2.    Afghanen in Utrecht en Den Haag

– Afghanen behoren tot de grootste gemeenschappen, maar zijn weinig zichtbaar De Afghaanse gemeenschap kent leden met heel uiteenlopende etnische en politieke achtergronden
– Afghanen zijn op een bijzondere manier met Nederland verbonden vanwege de vredesmissies
– Door deze keuze is het mogelijk deze groep in twee steden te vergelijken.

 

3.    Irakezen in Amsterdam en Rotterdam

– Ook de Irakezen behoren tot de grotere gemeenschappen
– Zij zijn vaak politiek en maatschappelijk actief, met name de Irakese Koerden
– Binnen de gemeenschap bestaan sterke tegenstellingen
– Door deze keuze is het mogelijk een groep in twee steden te vergelijken.

 

4.    Ex-Joegoslaven in Amsterdam en Rotterdam

– De ex Joegoslaven vormen een grote gemeenschap, met veranderlijke identiteiten
– Het is niet altijd duidelijk wie vluchteling is en wie migrant, sommigen waren eerst migrant en werden later vluchteling
– Een deel van hen heeft bewust voor Amsterdam of Rotterdam gekozen
– De groep komt uit Europa.
– Deze keuze biedt de mogelijkheid een andere groep in twee steden te onderzoeken.

 

5.    Eritreeërs in Amsterdam

– Eritreeërs vormen een kleine, vaak orthodox christelijke,  groep met een wat langere geschiedenis
– Ze zijn afkomstig uit Oost Afrika
– Eritreeërs zijn thans vaak in het nieuws (bootvluchtelingen en Vluchtkerk/ Vluchtgarage)

 

6.    Ethiopiërs in Utrecht

– Een kleine bijzondere groep, vaak als studenten gevlucht
– Afkomstig uit Oost Afrika
– Relatief onbekend

 

7.    Vietnamezen in Utrecht

– Een kleine bijzondere groep die vooral in de randgemeenten woont
– Afkomstig uit Azië
– Speciale beroepen
– Bijzondere geschiedenis als (uitgenodigde) bootvluchtelingen
– Deels Boeddhistisch, deels Katholiek

 

8.    Somaliërs in Den Haag

– Deze groep is in werkelijkheid veel groter dan statistisch lijkt
– Is goed zichtbaar in het straatbeeld
– Afkomstig uit de Hoorn van Afrika, overwegend Islamitisch
– Heeft een relatief slecht imago
– Heeft een wat kortere geschiedenis in Nederland, met verschillende periodes van binnenkomst
– Uiteenlopende sociaal economische achtergronden

 

9.    Congolezen in Den Haag

– Een kleine, tamelijk onbekende groep, overwegend Christelijk
– Uit Centraal Afrika
– Recentelijk naar Nederland gekomen
– Langdurige koloniale geschiedenis (België)

 

10. Chilenen in Rotterdam

– De Chilenen zijn als politieke vluchtelingen gekomen
– Afkomstig uit Latijns Amerika
– Kennen een geschiedenis van veertig jaar in Nederland
– Hebben een vrij herkenbare bijdrage geleverd
– Hebben een speciale historische band met Rotterdam

 

 


[1] Volgens het Verdrag van Genève uit 1951 / 1967 is iemand een vluchteling die uit gegronde vrees voor vervolging wegens zijn ras, godsdienst, nationaliteit, het behoren tot een bepaalde sociale groep of zijn politieke overtuiging, zich bevindt buiten het land waarvan hij de nationaliteit bezit, en die de bescherming van dat land niet kan of, uit vrees voor vervolging, niet wil vragen.

 

[2] In plaats van Bosniërs worden in deze lijst ex-Joegoslaven genoemd om dat vertegenwoordigers van deze groep aangaven dat dat een beter verzamelnaam is, omdat een deel van de huidige Bosniërs al in Nederland was voor het uiteenvallen van Joegoslavië en omdat er onder Kroaten en andere gemeenschappen ook vluchtelingen zijn.