Levensverhaal van Sogol
Dit is een bewerking van het levensverhaal van Sogol die vluchtte uit Iran. Het oral history interview van Ongekend Bijzonder werd door Ferdows Kazemi bewerkt voor de tentoonstelling De wederopbouw van mijn leven.
Dit is een bewerking van het levensverhaal van Sogol die vluchtte uit Iran. Het oral history interview van Ongekend Bijzonder werd door Ferdows Kazemi bewerkt voor de tentoonstelling De wederopbouw van mijn leven.
Toen ik als 4-jarig meisje met mijn ouders, twee zusjes en grote broer Iran verliet, ervoer ik de hele reis als een spel. Ons verstoppen in een wagen op de vlucht en kilometers lopen door de donkere bossen, dat was allemaal niets meer dan een spel voor mij. Het maakte me ook niet verdrietig als mijn moeder ons suiker voerde om op kracht te blijven, toen we onderweg geen eten meer hadden. Integendeel, ik mocht zomaar suiker eten. Terwijl dat later een van de nachtmerries van mijn ouders bleek te zijn. Dat is 27 jaar geleden.
Mijn naam is Sogol Azarbad en ik ben een inwoner van Rotterdam met een grote liefde voor deze stad. Mijn wortels liggen in Iran en ik heb een groot deel van mijn leven in een klein dorp in Zeeland gewoond. Een dorp dat geen anderskleurigen kende. Ons gezin was daarom een bezienswaardigheid. Mijn vader trok overdag de gordijnen open zodat de kinderen uit het dorp ons konden bewonderen. En binnen de kortste keren werd er aan de deur gebeld en gevraagd of wij buiten mochten komen spelen. Het ijs was gebroken. Ik weet niet meer hoe ik in het begin met mijn leeftijdsgenoten communiceerde. Ik kon toen alleen Perzisch. Maar ik weet niet anders dan dat ik altijd Nederlands gesproken heb.
Ben ik een Nederlandse vrouw? Nee, ik durf mezelf geen Nederlander te noemen. Anders voelt het alsof ik het Nederlander-zijn wil opeisen, terwijl mijn wortels ergens anders liggen. Ben ik een Iraanse vrouw? Nee, want ik kan mijn ervaringen en gevoelens niet delen met mijn familie die in Iran woont. Ik zou hun tekortdoen als ik mezelf Iraniër zou noemen. Ik ben een beetje van dit en een beetje van dat. Een mengsel dat overal en nergens bij hoort.
Waar voel ik me thuis? In Rotterdam. Als tiener bezocht ik samen met mijn zussen voor het eerst Rotterdam. Wow, zeiden wij tegen elkaar, hier willen wij wonen. Ik studeerde aan de TU Delft en woonde in Rotterdam. Ik werk nu in Amsterdam en woon nog steeds in Rotterdam.
Wat vind ik aantrekkelijk aan deze stad? Zoveel culturen bij elkaar. Hier is iedereen en niemand een vreemdeling. Hier is het ‘thuiskomen’ voor iedereen. Waar je ook vandaan komt.
Wat is me dierbaar? Mijn familie en vooral mijn ouders die mij een goed toekomstperspectief bezorgd hebben in dit prachtige land.
Waar ben ik bang voor? Dat deze mooie stad ooit haar tolerantie verliest. Dat de culturele verschillen er toe gaan doen. Dat er een verdeling zal ontstaan tussen de bevolkingsgroepen. Dat is mijn nachtmerrie.